Een aantal jaren geleden brachten wij een bezoek aan het Rijksmuseum in Amsterdam. Ik heb toen o.a. gefascineerd staan kijken naar het ‘Stilleven met bloemen in een glazen vaas’ van Jan Davidsz. de Heem (1606-1684). 

 

[Klik op de foto voor meer begeleidende tekst.]

Het olieverfschilderij heeft hij rond 1650 op een koperplaat gemaakt en is 54,5 x 36,5 cm. Het is een boeket met o.a. dagbloem, roos (wit en roze), fluitekruid, anjer (rood-wit), trosnarcis, slaapbol, tulp (rood-wit), pronkerwt, kamperfoelie, hortensia en anemoon. Maar ook, soms diep in en tussen de bloemen geschilderd een atalantavlinder, een rups van psivlinder, een spanrups, kevertjes, mieren en andere insecten, spinnen en een tuinslak. Verbazingwekkend hoe gedetailleerd Jan Davidsz. dit werk gemaakt heeft en hoe hij alle bloemen heeft kunnen verzamelen. Ook mijn geliefde was onder de indruk, wilde dit schilderij wel boven de bank en vroeg mij of ik niet zo’n boeket voor haar wilde schilderen. In 2015 heb ik de stoute schoenen aangetrokken en ben ik – bij wijze van oefening – eraan begonnen. Tijdens het schilderen had ik mijn IPad met de afbeelding van het originele schilderij bij de hand en werd ik nog meer geboeid en gefascineerd door de kunst van de meester. Het voordeel van zo’n IPad is dat je het beeld kunt vergroten en als het ware diep in het boeket kunt duiken. Elk kleurstreepje, oneffenheidje in het blad of insectje zijn waarschijnlijk met een minuscuul klein penseeltje aangebracht. Mijn bewondering groeide met elke bloem die ik op mijn eigen doekje probeerde vast te leggen. Niet te geloven wat ik zag en meemaakte. Neem zelf eens een kijkje op https://www.rijksmuseum.nl/nl/collectie/SK-C-214 en verwonder je!!

Vlak na mijn poging om een paar bloemen op het doek te zetten, werd juist dit schilderij van Jan Davidsz. door het grote publiek ‘ontdekt’ en een hype. Het wordt op dit moment op grote schaal gereproduceerd en op allerlei manieren te koop aangeboden. Niet alleen als reproductie aan de wand, maar onder andere ook als behang, posters, kaarten of als afbeelding op kopjes, theebladen en andere attributen. Mijn ‘reproductie’ is nog lang niet af, maar ik laat het maar even zo.

Het kwaliteitsniveau dat de Nederlandse stillevenschilders van de 17e eeuw hebben bereikt is werkelijk adembenemend. Het is elke keer weer een lust voor het oog om te zien hoe levensecht zij de meest uiteenlopende materialen op het platte vlak wisten weer te geven.

 

Jan Davidsz de Heem groeide op in Utrecht en was daar in de leer bij bloemstillevenschilder Balthasar van der Ast. In 1626 verhuisde de schilder naar Leiden en in 1631 vertrok De Heem naar Antwerpen. In deze stad werd zijn werk steeds bonter en zwieriger. Schilderde hij in Leiden nog vooral muziekinstrumenten en boeken, in Antwerpen veranderde hij ook van onderwerp en richtte zich op het weergeven van vruchten en bloemen. Tussen 1667 en 1672 verbleef hij ook regelmatig in Utrecht. Het werk van Jan Davidsz. de Heem was populair, zowel bij kopers als collega-kunstenaars. Hij speelde een belangrijke rol in de ontwikkeling van het pronkstilleven, dat in de tweede helft van de 17e eeuw grote opgang maakte dankzij schilders als Willem Kalf en Abraham van Beijeren. Ook had hij een groot aantal leerlingen en navolgers, onder wie Abraham Mignon. Twee van zijn kinderen, Cornelis en Johannes, werden eveneens stillevenschilder.

 

Ingezonden door:

Robert Cotterink